Zelfredzaamheid. Een term die ik vaak teruglees in rapportages van collega’s, en dan vooral in combinatie met het ‘vergroten’ er van. Wat houdt zelfredzaamheid in en waarom juist een blogpost hierover in de zomervakantie? Lees het hier! Zelfredzaamheid is het vermogen van je kind om voor zichzelf te kunnen zorgen. Dat klinkt wellicht veelomvattender dan er werkelijk bedoeld wordt. In een rapportage van een kinderoefentherapeut, kinderfysiotherapeut of ergotherapeut wordt er mee bedoeld dat een kind zelfstandig dagelijkse vaardigheden kan uitvoeren. Maar welke vaardigheden zijn dat en hoe ‘train’ je die dan?
Ga voor jezelf eens na wat je allemaal voor je kind doet. Ongetwijfeld heel veel, en waarschijnlijk ook met liefde, het is tenslotte je kind (al moet ik eerlijk zeggen dat bij mij na 9 jaar non-stop billen afvegen de liefde weleens vervliegt ;-)). Hoeveel van die dingen zou je kind ook (deels) zelf kunnen doen? Waarschijnlijk meer dan je denkt!
Neem bijvoorbeeld het tanden poetsen. Onze tandarts zegt dat je als ouders zeker tot 10 jaar het gebit nog ‘na’ moet poetsen. Geen probleem, van gaatjes in dat mooie gebit van je kind wordt niemand blij. Maar wie pakt de tandenborstel, houdt hem onder de kraan, draait het dopje van de tube af en weet precies hoe hard of eh, eigenlijk zacht je moet knijpen om te zorgen dat er de juiste hoeveelheid tandpasta (net zo groot als een doperwt) precies op de haren van de tandenborstel komt? Al deze dingen kan een kind vanaf een jaar of 4 prima zelf leren. En wat is daarvoor de beste periode? Juist ja… de vakantie. Alle tijd van de wereld om je kind iets uit te leggen, voor te doen en vooral zoveel mogelijk zelf te laten doen. Of je nou heerlijk thuis, in een hotel, vakantiehuis of op de camping bent. Je kind groeit in een vakantie, letterlijk én figuurlijk.
Zelfredzaamheid vergroten betekent ook zelfstandiger worden en dat vergroot ook het zelfvertrouwen. Je kunt heel vaak tegen een kind zeggen dat het iets goed kan maar echt geloven doet hij het pas als hij zelf merkt dat iets lukt. En dat is de allerbeste motivatie om weer nieuwe dingen te gaan proberen. Geef je kind de kans om iets uit te proberen en er van te leren. Juist als je in de zomer veel buiten bent kan je kind prima zijn motorische vaardigheden oefenen tijdens het inschenken van water of limonade voor iedereen. Wat geeft het als de tegels of het gras ook een slokje krijgen? Je kind voelt zich ‘groot’ en en dat is onschatbare waarde. Kinderen met problemen in de sensorische informatieverwerking en/of een motorische achterstand hebben veel meer ervaringen nodig dan andere kinderen. Dat kan betekenen dat het eerst 12 keer misgaat met omvallende bekers, veel te veel tandpasta en limonade die steeds maar weer uit dat rietje spuit omdat er te hard geknepen wordt. Maar dat is juist leren. En in plaats van dat je het daarom maar zelf doet of allerlei oplossingen zoekt (de beroemde oortjes aan de drinkpakjes) kun je nu, juist in je vakantie de tijd nemen om je kind deze ervaringen te laten opdoen.
Eten. Het ene kind wil al vanaf 1 jaar alles ‘zelluf doen’ terwijl ik in mijn praktijk ook kinderen van 7 jaar zie bij wie alles het liefste in hapklare brokken naar binnen wordt geschoven. Een patroon wat soms lastig te doorbreken lijkt. Hoeveel van de maaltijd kan je kind eigenlijk al zelf? Van het opscheppen, aan de vork prikken, het snijden van het vlees, het smeren van een boterham tot en met het zelfstandig eten met mes en vork? Ook hiervoor geldt, oefening baart kunst. Neem nu de tijd, leer je kind bijvoorbeeld mee te helpen met de bereiding van de maaltijd (geeft vaak ook meer eetlust) zodat het na de zomer als het wellicht een drukkere periode is, veel meer zelfstandig kan. En daar heeft niet alleen je kind maar ook jij als ouder zeker profijt van. Ook leren veters strikken en los fietsen zijn dingen die kinderen vaak in een vakantie leren én de zelfredzaamheid vergroten. Lees meer daarover in onze vorige blogposts: Leren vetersstrikken en Leren fietsen.
Ik wens iedereen een heerlijke en ervaringsvolle zomer!